Windows 10 slaat stuurprogramma's van derden op een speciale locatie op
Microsoft is bezig met het maken van een nieuwe opslaglocatie voor stuurprogramma's van derden in Windows 10. De softwaregigant Redmond wil dergelijke stuurprogramma's op Desktop op dezelfde manier isoleren als wat ze op Windows 10X hebben. In normale Windows 10-versies is daar echter een speciale map voor, geen speciale opslagpartitie.
In de nieuwste Insider-build 21343 er is een verborgen functie, gevonden door Albacore, dat de opslaglocatie voor externe stuurprogramma's verandert, maar de first-party stuurprogramma's die door Microsoft zijn uitgegeven onder de C:\Windows\System32\DriverStore\FileRepository map locatie.
Voor stuurprogramma's van derden gebruikt Windows 10 de C:\Windows\OEMDRIVERS map. De stuurprogrammabestanden daar worden georganiseerd in twee submappen, Info en Systeem32 mappen. Hoewel de functie op elk moment kan worden ingeschakeld, worden er geen reeds geïnstalleerde stuurprogramma's gemigreerd, alleen nieuw geïnstalleerde of bijgewerkte stuurprogramma's gaan naar de nieuwe geïsoleerde locatie.
De nieuwe map bevat stuurprogramma's zoals VMWare-software in het geval van een virtuele machine, en ook printer-, scanner- en andere externe hardwarestuurprogramma's. Microsoft staat op het punt om alleen ingebouwde stuurprogramma's onder de traditionele locatie in de map System32 te laten staan.
Het idee is eigenlijk geweldig. De map System32 is een kernmaplocatie voor de moderne Windows-versie. Het is de plek waar kritische systeemcomponenten worden opgeslagen. Het is een goede zet om alle componenten van derden op deze locatie op te slaan.
Het is nog niet bekend wanneer deze wijziging standaard wordt ingeschakeld. Microsoft moet het nog officieel aankondigen, maar we gaan ervan uit dat het live kan gaan met Windows 10 versie 21H2, een belangrijke functie-update van het besturingssysteem.